Syrische statushouders op weg in NederlandDe ontwikkeling van hun positie en leefsituatie

13 / 19

Religie

Auteurs: Roxy Damen en Willem Huijnk (SCP)

Kleine verschuivingen als het gaat om de religieuze toewijzing

Er zijn kleine veranderingen als het gaat om de religieuze toewijzing van Syrische statushouders. Het aandeel moslims nam iets toe (van 76% naar 78%), terwijl het aandeel niet-gelovigen afnam (van 15% naar 13%). Het aandeel niet-gelovigen is wat groter dan bij Marokkaanse of Turkse Nederlanders, maar bijvoorbeeld een stuk kleiner dan bij Surinaamse of autochtone Nederlanders (Huijnk 2018). Het aandeel christenen of andersgelovigen bleef gelijk (respectievelijk 8% en 1%).

De ontwikkelingen in religieuze toewijzing verschillen niet voor de onderscheiden subgroepen. Wel verschillen subgroepen in de mate van religieuze toewijzing. Mannen, eerste aanvragers en de hoogst opgeleiden (hoger onderwijs) zijn vaker niet-gelovig dan vrouwen, nareizigers en lageropgeleiden.

Figuur 1Aandeel gelovigen naar religieuze zelftoewijzinga, b

aAan de respondenten is gevraagd: ‘Rekent u zichzelf tot een bepaalde godsdienst of religie?’. Indien zij deze vraag met ‘ja’ beantwoordden, volgde de vraag: ‘Welk geloof is dat?’. Respondenten die aangeven zich niet tot een bepaalde godsdienst te rekenen zijn gecategoriseerd als ‘niet-gelovig’.

bHet panel is gebalanceerd voor missende waarden, (n)=2495.

Bron:SCP/CBS (NSN’17 en ’19 verrijkt met registergegevens), gewogen gegevens

Weinig verandering in het bezoeken van een religieuze bijeenkomst

Het bezoeken van een religieuze bijeenkomst is onder gelovige Syriërs tussen 2017 en 2019 weinig veranderd. In 2019 bezocht een iets kleiner deel van de gelovige Syriërs minstens wekelijks een religieuze bijeenkomst (28%) dan in 2017 (31%). Dit aandeel is lager dan bij Marokkaanse en Turkse Nederlanders (Huijnk 2018). Wat hier mogelijk bij meespeelt is dat voor de laatstgenoemde groepen veel vaker een aanbod is van moskeeën met de eigen etnische signatuur en herkomsttaal.

Deze ontwikkeling is voor subgroepen niet anders. Wel is het zo dat vrouwen beduidend minder vaak ten minste wekelijks een religieuze bijeenkomst bezoeken (9%) dan mannen (37%). Bij moslims gelden voor mannen en vrouwen ook andere normen op dit vlak: voor vrouwen is het wekelijkse bezoek aan de moskee geen religieuze plicht, voor mannen wel. Dit zien we waarschijnlijk ook terug bij de nareizigers en de Syriërs die in 2016 naar Nederland zijn gekomen. Zij bezoeken relatief weinig een religieuze bijeenkomst en dit komt mogelijk doordat er veel vrouwen in deze groepen zitten. Ook bezoeken oudere gelovige Syriërs (45-plus) relatief vaak een religieuze bijeenkomst. Dit is ook zo bij andere religieuze groepen in Nederland (De Hart en Van Houwelingen 2018). Relatief weinig jongeren gaan ten minste wekelijks naar een religieuze bijeenkomst.

Figuur 2Bezoek religieuze bijeenkomsta, b

aTen minste wekelijks bezoek van een religieuze bijeenkomst.

bHet panel is dubbel gebalanceerd voor personen die in beide jaren aangeven gelovig te zijn, (n)=2047, en in beide jaren geen missende waarde hebben, (n)=1929.

Bron:SCP/CBS (NSN’17 en ’19 verrijkt met registergegevens), gewogen gegevens

Hoog aandeel gelovige Syriërs dat bidt is gelijk gebleven

Zowel in 2017 als in 2019 is het zo dat ongeveer twee derde van de gelovige Syriërs (ten minste) dagelijks bidt. Dit aandeel is niet veranderd, en dit geldt ook voor de verschillende subgroepen. Sommige subgroepen verschillen wel in het aandeel dat ten minste dagelijks bidt. Vrouwen bidden vaker dagelijks dan mannen (respectievelijk 81% en 55%). Ook groepen waarin de vrouwen zijn oververtegenwoordigd, de nareizigers en de personen die in 2016 zijn gekomen, bidden relatief vaak (respectievelijk 77% en 70%). Jongeren (15-24 jaar) bidden het minst vaak dagelijks, al geeft ook van hen de helft aan dit dagelijks te doen.

In vergelijking met Turkse en Marokkaanse moslims nemen de Syrische gelovigen een tussenpositie in als het gaat om de frequentie van het bidden. Van de Marokkaanse moslims bidt ruim driekwart ten minste dagelijks, bij de Turkse moslims is dit een derde (Huijnk 2018).

Tabel 1Aandeel ten minste dagelijks biddena

totaal 2017 2019
63 64
geslacht 2017 2019
leeftijd 2017 2019
aankomstjaar 2017 2019
opleiding 2017 2019
type vergunning 2017 2019

aHet panel is dubbel gebalanceerd voor personen die in beide jaren aangeven gelovig te zijn, (n)=2047, en in beide jaren geen missende waarde hebben, (n)=1758.

Bron:SCP/CBS (NSN’17 en ’19 verrijkt met registergegevens), gewogen gegevens

Belang van geloof was en is vrij groot

Het belang dat gelovige Syriërs hechten aan hun geloof is zowel in 2017 als in 2019 vrij groot. Het gemiddelde – op een schaal van 1 (helemaal niet belangrijk) tot 5 (heel erg belangrijk) – nam iets toe van 3,8 naar 3,9. In vergelijking met de Turkse (gemiddeld 4,1) en Marokkaanse moslims (gemiddeld 4,2) is het belang iets kleiner. Onder de diverse subgroepen is er geen verschil in ontwikkeling te zien. Hoewel het belang dat wordt gehecht aan het geloof onder alle subgroepen gemiddeld vrij groot is, vinden vrouwen, nareizigers en lageropgeleiden het geloof relatief nog belangrijker dan mannen, eerste aanvragers en hogeropgeleiden.

Figuur 3Belang van geloofa, b

aZelf gerapporteerde gegevens op een schaal van 1 (helemaal niet mee eens) tot 5 (helemaal mee eens) op basis van drie items: ‘Mijn geloof is heel belangrijk voor mij’, ‘Dat ik [religie] ben, is iets waar ik vaak aan denk’ en ‘Het doet pijn als iemand iets slechts zegt over mijn geloof’ (2017 α=.70, 2019 α=.72). Een hogere score correspondeert met een sterker belang van geloof.

bHet panel is dubbel gebalanceerd voor personen die in beide jaren aangeven gelovig te zijn, (n)=2047), en in beide jaren geen missende waarde hebben (n)=1972.

Bron:SCP/CBS (NSN’17 en ’19 verrijkt met registergegevens), gewogen gegevens

Literatuur

De Hart, J. en P. van Houwelingen (2018). Christenen in Nederland. Den Haag: Sociaal en Cultureel Planbureau.

Huijnk, W. (2018). De religieuze beleving van moslims in Nederland. Den haag: Sociaal en Cultureel Planbureau.

Deze kaart citeren

Damen, R. en W. Huijnk (2020). Religie. In: Syrische statushouders op weg in Nederland: De ontwikkeling van hun positie en leefsituatie. Geraadpleegd op [datum vandaag] via https://digitaal.scp.nl/syrische-statushouders-op-weg-in-nederland/religie.

Informatie noten

In deze studie kijken we naar het cohort Syriërs dat tussen 1 januari 2014 en 1 juli 2016 een verblijfsvergunning asiel heeft gekregen en hun kinderen en partner die als nareiziger of in het kader van gezinshereniging naar Nederland zijn gekomen.