2 / 15
Welke invloed had de 1e fase van de coronapandemie op de omzet en het personeelsbestand?
De coronapandemie heeft de afgelopen jaren grote effecten op de Nederlandse economie gehad. Bijna de helft van de organisaties in het Arbeidsvraagpanel (AVP) zag hun omzet tijdens de 1e golf van de coronacrisis dalen, al zijn er grote verschillen tussen sectoren te zien. De Noodmaatregel Overbrugging voor Werkgelegenheid (NOW), die door de overheid werd ingezet, werd veel gebruikt. Organisaties in de sector overige dienstverlening (waaronder bijvoorbeeld kappers en ook een groot deel van de cultuursector vallen) hebben deze het vaakst gebruikt. Tot slot zien we in deze kaart dat de meeste organisaties aangeven dat er geen gevolgen zijn van de coronacrisis voor hun personeelsbestand.
In februari 2020 werd de 1e coronabesmetting in Nederland vastgesteld. In de weken erna breidde het virus zich snel uit. Als gevolg daarvan ging Nederland half maart in een gedeeltelijke lockdown. Onderdeel hiervan was de sluiting van verschillende sectoren, zoals de horeca, scholen en de kinderopvang. Ook werd iedereen opgeroepen om zoveel mogelijk thuis te werken. In deze kaart analyseren we data van het AVP die verzameld zijn in het najaar van 2020. Op dat moment hadden organisaties dus al een aantal maanden te maken met beperkingen als gevolg van de coronacrisis.
Bijna de helft van de organisaties zag de omzet tijdens de 1e golf dalen
Meer dan 40% van de organisaties ervaarde een afname van de omzet tijdens de 1e golf van de coronacrisis (figuur 1). Bijna een kwart van de organisaties in het AVP gaf juist aan dat zij gedurende deze periode een toename van hun omzet zagen vergeleken met een half jaar ervoor. Een derde van de organisaties merkte geen verschil. Kleine organisaties rapporteerden vaker een afname van de omzet, terwijl bij grote organisaties de omzet juist relatief vaak niet veranderde tijdens de eerste maanden van de coronacrisis.
Figuur 1Verandering in de omzet in de eerste maanden van de coronacrisisa
toename van de omzet | constante omzet | afname van de omzet | |
---|---|---|---|
totaal | 23 | 34 | 43 |
industrie en landbouw | 26 | 29,2 | 44,8 |
bouwnijverheid | 30,9 | 39,4 | 29,7 |
handel, horeca, reparatie | 27,1 | 23,4 | 49,5 |
transport | 13,6 | 30,8 | 55,6 |
zakelijke dienstverlening | 19,2 | 38,5 | 42,3 |
zorg en welzijn | 23,7 | 36,1 | 40,2 |
overige dienstverlening | 17 | 32 | 51 |
overheid | 8,7 | 72 | 19,2 |
onderwijs | 17 | 60,6 | 22,4 |
kleine organisaties | 23 | 33 | 45 |
middelgrote organisaties | 26 | 34 | 41 |
grote organisaties | 21 | 44 | 36 |
aBij niet-commerciële organisaties werd gevraagd naar de verandering in het budget in plaats van in de omzet.
Noot:Kleine organisaties: < 20 werknemers, middelgrote organisaties: 20-100 werknemers, grote organisaties: > 100 werknemers.
Bron:SCP (AVP’19/’20)
De impact van de coronapandemie verschilt flink tussen de verschillende sectoren. Bij de overheid en in het onderwijs gaf een ruime meerderheid van de organisaties aan geen verschil in omzet te ervaren in de eerste maanden van de coronacrisis. In de transportsector, de overige dienstverlening (waaronder bijvoorbeeld kappers en ook een groot deel van de cultuursector vallen) en de sector handel, horeca en reparatie rapporteerde een meerderheid van de organisaties juist een afname van de omzet. Toch ervaarde ruim een kwart van de organisaties in deze laatste sector (handel, horeca en reparatie) juist ook een stijging van de omzet in de coronaperiode. In de bouw gaven zelfs 3 op de 10 werkgevers aan dat zij hun omzet in de eerste maanden van de coronacrisis enigszins of zelfs sterk zagen stijgen.
Bijna 40% van de organisaties maakte gebruik van NOW-steun in de eerste maanden van de coronacrisis
Om banen en inkomens waar mogelijk te beschermen, kwam de Rijksoverheid met een noodpakket aan maatregelen (Rijksoverheid 2020a). Onderdeel van dit noodpakket was de NOW-regeling, die tot doel had om werkgevers te ondersteunen bij het in dienst houden van hun werknemers. Werkgevers die een aanzienlijke omzetdaling verwachtten, konden de tijdelijke Noodmaatregel Overbrugging voor Werkgelegenheid (de NOW-regeling) aanvragen. Deze regeling verving tijdelijk de Regeling Werktijdverkorting (wtv), die vanaf de aanvang van de coronacrisis overspoeld werd met aanvragen. Waar in een gemiddeld jaar de wvt door een paar honderd bedrijven wordt gebruikt, kwamen er half maart 2020 in een paar dagen 78.000 aanvragen binnen (Rijksoverheid 2020b). De oorspronkelijke NOW 1-regeling in het 2e kwartaal van 2020 is opgevolgd door de NOW 2-regeling in het 3e kwartaal van 2020. In deze 2e regeling zijn de voorwaarden enigszins veranderd, om de drempel om NOW-steun aan te vragen zo laag mogelijk te houden voor organisaties. Dit is met name bedoeld voor organisaties die niet kunnen uitsluiten dat ze moeten herstructureren.
De NOW-regeling is door veel organisaties gebruikt. Figuur 2 laat zien dat bijna 40% van de werkgevers in de zomer van 2020 aangaf een vorm van de NOW te hebben gebruikt. De NOW-regeling is relatief vaker gebruikt door kleinere organisaties; organisaties met minder dan 20 werknemers gebruikten 2 keer zo vaak de NOW dan organisaties met meer dan 100 werknemers (figuur 3).
Figuur 2Gebruik van de NOW-regelingen
gebruik van de NOW-regelingen | |
---|---|
totaal | 39 |
industrie en landbouw | 36 |
bouwnijverheid | 32 |
handel, horeca, reparatie | 51 |
transport | 44 |
zakelijke dienstverlening | 41 |
zorg en welzijn | 21 |
overige dienstverlening | 54 |
overheid | 7 |
onderwijs | 14 |
kleine organisaties | 42 |
middelgrote organisaties | 35 |
grote organisaties | 20 |
Noot:Kleine organisaties: < 20 werknemers, middelgrote organisaties: 20-100 werknemers, grote organisaties: > 100 werknemers.
Bron:SCP (AVP’19/’20)
Figuur 2 illustreert ook dat er, zoals verwacht, flinke verschillen tussen sectoren zijn in het gebruik van de NOW-regeling. Niet alle sectoren werden immers op dezelfde manier geraakt door de coronacrisis en alleen organisaties die een omzetdaling van meer dan 20% kenden, hadden recht op de NOW. Onder organisaties in de overige dienstverlening (waaronder bijvoorbeeld nutsbedrijven, kappers, afvalinzamelingsbedrijven, bibliotheken en schouwburgen vallen) was het gebruik van de NOW-regeling het hoogst. 54% van alle organisaties in deze sector gebruikte de NOW. Ook in de sector handel, horeca en reparatie, waar horecagelegenheden dicht moesten tijdens de gedeeltelijke lockdown, vroeg meer dan de helft van de organisaties de NOW-steun aan. In de sector overheid geldt dit maar voor 6% van de organisaties.
Figuur 3 illustreert dat organisaties die een afname van de omzet ervaarden het vaakst gebruikmaakten van de NOW-regeling. Figuur 3 laat daarnaast zien dat ongeveer een kwart van de organisaties die hun omzet tijdens de coronacrisis zagen stijgen, ook gebruikmaakte van de NOW-steun. Zoals eerder benoemd, was de NOW-regeling alleen bedoeld voor organisaties die een aanzienlijke omzetdaling verwachtten. In gevallen waarbij achteraf bleek dat de omzetdaling toch beperkt was, moest (een deel van de) ontvangen NOW-steun weer worden terugbetaald.
Figuur 3De relatie tussen omzetverandering en het gebruik van NOW-regelingen
aandeel dat gebruikmaakt van de NOW-regeling | |
---|---|
toename van de omzet | 26 |
constante omzet | 15 |
afname van de omzet | 65 |
Bron:SCP (AVP’19/’20)
Het gebruik van de NOW-regeling nam na het 1e kwartaal van 2020 fors af. Figuur 4 laat zien dat slechts ongeveer de helft van de organisaties die in de 1e ronde van het 2e kwartaal van 2020 NOW-steun ontving, dat een kwartaal later ook kreeg. In de bouw geldt zelfs dat ruim 2 van de 3 organisaties die NOW 1 ontvingen, geen NOW 2 meer kregen in de zomer van 2020. Hiervoor zijn 2 mogelijke oorzaken: enerzijds kan het komen doordat organisaties in deze sectoren inzagen dat zij toch maar in beperkte mate geraakt werden en dat zij daarom niet in aanmerking kwamen voor NOW-steun. Anderzijds kan het ook zijn dat deze sectoren relatief snel herstelden na de 1e golf van de coronacrisis, zoals het UWV concludeerde over de bouwsector (UWV 2021).
Figuur 4Verschillen in het gebruik van de NOW 1- en de NOW 2-regeling
alleen NOW 1.0 | NOW 1.0 & NOW 2.0 | alleen NOW 2.0 | |
---|---|---|---|
totaal | 45 | 48 | 7 |
industrie en landbouw | 43 | 50 | 7 |
bouwnijverheid | 64 | 24 | 12 |
handel, horeca, reparatie | 46 | 48 | 6 |
transport | 27 | 62 | 12 |
zakelijke dienstverlening | 37 | 56 | 7 |
zorg en welzijn | 57 | 39 | 4 |
overige dienstverlening | 59 | 40 | 2 |
overheid | 40 | 60 | 0 |
onderwijs | 28 | 63 | 10 |
kleine organisaties | 46,3 | 45,9 | 7,8 |
middelgrote organisaties | 41,5 | 55,6 | 2,9 |
grote organisaties | 43,3 | 50,9 | 5,8 |
Noot:Kleine organisaties: < 20 werknemers, middelgrote organisaties: 20-100 werknemers, grote organisaties: > 100 werknemers.
Bron:SCP (AVP’19/’20)
In het najaar van 2020 nog nauwelijks gevolgen van de coronacrisis voor de omvang van het personeelsbestand
De meeste organisaties gaven in het najaar van 2020 aan dat er geen gevolgen waren van de coronacrisis voor hun personeelsbestand. Zoals te zien is in figuur 5, geldt voor bijna 80% van de organisaties dat de omvang van hun personeelsbestand niet is beïnvloed door de coronacrisis. Ongeveer 14% van de organisaties kende een afname van het personeelsbestand. Organisaties in de bouw zagen hun personeelsbestand het minst vaak krimpen (4%), terwijl dit in transport en overige dienstverlening het meest gebeurde (20%). 8% van alle organisaties rapporteerde juist een toename van de omvang van het personeelsbestand. Dit waren relatief vaak organisaties in de zorg, de zakelijke dienstverlening, de overige dienstverlening en de sector handel, horeca en reparatie.
Figuur 5Gevolgen van de coronacrisis voor het personeelsbestand
toename van het personeelsbestand | constant personeelsbestand | afname van het personeelsbestand | |
---|---|---|---|
totaal | 14 | 78 | 8 |
industrie en landbouw | 11 | 82 | 7 |
bouwnijverheid | 4 | 94 | 2 |
handel, horeca, reparatie | 18 | 74 | 9 |
transport | 20 | 76 | 4 |
zakelijke dienstverlening | 17 | 74 | 9 |
zorg en welzijn | 8 | 82 | 10 |
overige dienstverlening | 20 | 72 | 9 |
overheid | 6 | 93 | 1 |
onderwijs | 9 | 87 | 3 |
kleine organisaties | 12 | 81 | 7 |
middelgrote organisaties | 19 | 73 | 8 |
grote organisaties | 19 | 70 | 12 |
Noot:Kleine organisaties: < 20 werknemers, middelgrote organisaties: 20-100 werknemers, grote organisaties: > 100 werknemers.
Bron:SCP (AVP’19/’20)
Literatuur
Rijksoverheid (2020a). Maart 2020: Maatregelen tegen verspreiding coronavirus, intelligente lockdown. Geraadpleegd 13 juni 2022 via https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/coronavirus-tijdlijn/maart-2020-maatregelen-tegen-verspreiding-coronavirus.
Rijksoverheid (2020b). Tijdelijke noodmaatregel overbrugging voor behoud van werkgelegenheid. Geraadpleegd 13 juni 2022 via https://www.rijksoverheid.nl/binaries/rijksoverheid/documenten/kamerstukken/2020/03/31/tijdelijke-noodmaatregel-overbrugging-voor-behoud-van-werkgelegenheid/Kamerbrief+Tijdelijke+noodmaatregel+overbrugging+voor+behoud+van+werkgelegenheid.pdf.
UWV (2021). Bouw Barometer arbeidsmarkt; September 2021. Geraadpleegd 13 juni 2022 via https://www.werk.nl/imagesdxa/barometer_bouw_september_2021_tcm95-433186.pdf.
Deze kaart citeren
Swart, L. en S. van der Laan (2022). Welke invloed had de 1e fase van de coronapandemie op de omzet en het personeelsbestand?. In: Arbeidsmarkt in kaart: Werkgevers - editie 3. Geraadpleegd op [datum vandaag] via https://digitaal.scp.nl/arbeidsmarkt-in-kaart-werkgevers-editie-3/welke-invloed-had-de-1e-fase-van-de-coronapandemie-op-de-omzet-en-het-personeelsbestand.