3 / 14
Welke organisaties maken gebruik van flexibele arbeid en waarom?
Een inclusief personeelsbeleid en aandacht voor duurzame inzetbaarheid lijken zich niet goed te verenigen met de behoefte van werkgevers om arbeidskrachten een flexibel dienstverband aan te bieden. Uit onderzoek blijkt dat degenen met een flexibel dienstverband niet alleen geen baanzekerheid hebben, maar ook dat zij onder andere minder scholing volgen en vaker onder slechtere arbeidsomstandigheden werken (Echtelt et al. 2016). Verder blijkt uit ander onderzoek dat vooral jongeren, laagopgeleiden en werknemers met een migratieachtergrond werkzaam zijn via een flexibel dienstverband (Euwals et al. 2016). Inzicht in het aantal organisaties dat medewerkers op tijdelijke basis in dienst heeft, kan daarmee een eerste indicatie bieden van de mate van inclusiviteit van het personeelsbeleid en de aandacht die werkgevers hebben voor duurzame inzetbaarheid van hun personeel.
In 2017/‘18 had bijna 60% van de werkgevers personeel met een tijdelijk contract in dienst (figuur 1). Om een idee te krijgen hoe lang werkgevers flexibel personeel in dienst hebben, bekijken we de ontwikkeling over een langere periode. In 1997/‘98 waren in ongeveer 30% van de organisaties tijdelijke arbeidskrachten werkzaam. In de loop van de tijd nam dat aandeel toe. In 2011/‘12 maakten 66% van de werkgevers gebruik van tijdelijke contractanten. Vooral in de publieke sector hebben veel organisaties medewerkers met een tijdelijk contract in dienst. Dat was al zo sinds 1997/’98. Bij de overheid, in het onderwijs en de zorg en welzijnssector schommelt het aandeel werkgevers met tijdelijk personeel tussen ongeveer 60% en 70%.
Voor informatie over werknemers met tijdelijke contracten zie het Arbeidsaanbodpanel een onderzoek onder werknemers.
Figuur 1Organisaties met tijdelijke contracten
1997/'98 | 1999/'00 | 2001/'02 | 2003/'04 | 2005/'06 | 2007/'08 | 2009/'10 | 2011/'12 | 2013/'14 | 2015/’16 | 2017/’18 | ||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
totaal | 31,4 | 37,6 | 42,6 | 48,1 | 54 | 58,3 | 62,3 | 65,6 | 63,2 | 57,2 | 59,4 | |
industrie en landbouw | 32,2 | 39,2 | 38,3 | 43,5 | 51,6 | 58,9 | 56,1 | 66,7 | 58,2 | 52,6 | 53,1 | |
bouwnijverheid | 17,2 | 16,3 | 15,3 | 35,9 | 32,9 | 38,6 | 47,5 | 47,5 | 46,3 | 45,7 | 52,8 | |
handel, horeca, reparatie | 19,5 | 30,3 | 35,2 | 44,3 | 49,8 | 55,3 | 62,6 | 67,7 | 61,6 | 55,1 | 58,1 | |
transport | 27 | 25,2 | 37,4 | 59,6 | 59,9 | 59,7 | 63,6 | 69,3 | 64,2 | 59,4 | 53,6 | |
zakelijke dienstverlening | 37,5 | 41,5 | 51,6 | 47,3 | 57,5 | 62,4 | 64,9 | 64,4 | 71 | 57,2 | 58,2 | |
zorg en welzijn | 62,5 | 74,8 | 62,9 | 58,3 | 63,9 | 65,6 | 70,6 | 69,4 | 67,7 | 65,2 | 67,6 | |
overige dienstverlening | 30,3 | 35,8 | 41,3 | 55,2 | 65,2 | 64,7 | 69,7 | 69,5 | 68,8 | 52,5 | 58,1 | |
overheid | 71,6 | 69,4 | 69,9 | 61,2 | 73 | 70,2 | 64,9 | 72,2 | 66,8 | 67,9 | 71,5 | |
onderwijs | 64,9 | 65,8 | 74,1 | 64,3 | 65,8 | 67,1 | 65,1 | 67,8 | 67,3 | 70,4 | 72,1 |
Bron:SCP (AVP ‘17/‘18)
Sectoren verschillen in voorkeur voor het type flexibele arbeid
Om (onverwachte, tijdelijke of specialistische) werkzaamheden te laten uitvoeren, kunnen arbeidsorganisaties naast personeel met een tijdelijk dienstverband ook uitzendkrachten, oproepkrachten, freelancers of zelfstandigen zonder personeel (zzp’ers) inzetten.
Verreweg de meest voorkomende vorm van flexibele arbeid is het contract voor bepaalde tijd met uitzicht op een vast dienstverband (figuur 2). Bijna 50% van de organisaties heeft personeel met zo’n contract in dienst. Van het tijdelijke contract zonder uitzicht op een vast dienstverband maken organisaties veel minder vaak gebruik. Ongeveer 20% van de organisaties doet dat. Zo’n 25% tot 30% van de ondervraagde werkgevers had uitzendkrachten of oproepkrachten in dienst of vroeg zzp’ers werkzaamheden uit te voeren.
Figuur 2Organisaties met flexibele contractena
payroll | tijdelijk contract zonder uitzicht op vast dienstverband | uitzendkrachten | oproepkrachten | zzp'ers en freelancers | tijdelijk contract met uitzicht op vast dienstverband | |
---|---|---|---|---|---|---|
totaal | 6,7 | 20,9 | 26,5 | 27,3 | 28,8 | 49,2 |
industrie en landbouw | 5,8 | 16,7 | 36,8 | 21,3 | 35,1 | 45,2 |
bouwnijverheid | 6,9 | 9,7 | 49,9 | 19 | 52,8 | 46,7 |
handel, horeca, reparatie | 3,3 | 23 | 18,1 | 28,2 | 15,5 | 49,4 |
transport | 8,6 | 14,9 | 43,8 | 35 | 20,9 | 46,3 |
zakelijke dienstverlening | 10,2 | 13,6 | 22,9 | 16,1 | 39,4 | 50 |
zorg en welzijn | 2,9 | 27,4 | 19 | 49,6 | 26,9 | 53,1 |
overige dienstverlening | 5,5 | 22 | 22,5 | 25,2 | 31,2 | 43,7 |
overheid | 44 | 39,9 | 73,9 | 20,9 | 50,8 | 54,7 |
onderwijs | 11 | 38,9 | 28,8 | 30,8 | 22,9 | 52,4 |
aHet betreft de situatie op het moment van bevraging (voor de tijdelijke contracten met of zonder uitzicht op vast) of de maand daarvoor (voor de overige contractvormen).
Bron:SCP (AVP ‘17/‘18)
Sectoren hebben duidelijk andere voorkeuren voor de verschillende vormen van flexibele arbeid. Wel is in bijna alle sectoren het tijdelijke contract met uitzicht op een vast dienstverband de meest voorkomende vorm van flexibele arbeid. De overheid heeft de duidelijkst afwijkende voorkeuren. Bijna drie kwart van de overheidsorganisaties heeft uitzendkrachten in dienst. Verder maakt ongeveer 50% in deze sector gebruik van freelancers en zzp’ers, 44% van payrolling en bijna 40% heeft medewerkers met een tijdelijk contract zonder uitzicht op een vast dienstverband.
Ook in de bouwnijverheid werken veel organisaties met uitzendkrachten (bijna 50%) en freelancers en/of zzp’ers (ruim 50%). Dat geldt ook voor de industrie. Daar heeft ruim 35% van de ondernemingen uitzendkrachten in dienst en bijna 35% freelancers en/of zzp’ers. In de transportsector werken organisaties vooral met uitzendkrachten (bijna 45% van de bedrijven). In de zakelijke dienstverlening voeren vooral freelancers en/of zzp’ers de onverwachte, tijdelijke of specialistische werkzaamheden uit. Bijna 40% van de ondernemingen maakt gebruik van hun diensten. De zorg-en-welzijnssector zet oproepkrachten in: bijna 50% van de instellingen doet dat. Het onderwijs maakt gebruik van het tijdelijke contract zonder uitzicht op een vast dienstverband. In bijna 40% van de organisaties gebeurt dat.
Typen flexibele arbeid worden om duidelijk verschillende redenen ingezet
Werkgevers hebben verschillende redenen om de diverse typen flexibele arbeid in te zetten (tabel 1). Werkgevers die freelancers en zzp’ers inhuren, doen dat vooral omdat ze een tijdelijke behoefte aan specialistische kennis hebben (48%). In veel beperktere mate maken werkgevers van freelancers en/of zzp’ers gebruik om seizoenswerk of tijdelijke fluctuaties in de werkzaamheden op te vangen (18%). Daarvoor gebruiken werkgevers uitzendkrachten (24%). Zij worden ook ingezet om de personeelsomvang op korte termijn te kunnen aanpassen (23%). Ook oproepkrachten worden voor aanpassingen in de personeelsomvang in het algemeen en in drukkere perioden gebruikt (respectievelijk 20% en 34%). Daarnaast worden oproepkrachten ingezet om zieke werknemers te vervangen (23%).
Werkgevers geven medewerkers een tijdelijk contract zonder uitzicht op een vast dienstverband, zodat ze over een langere periode kunnen beoordelen of de aangenomen medewerkers geschikte kandidaten zijn (18%). Maar werkgevers zetten arbeidskrachten met een tijdelijk contract zonder uitzicht op een vast dienstverband ook in om (seizoensgebonden) schommelingen in het personeelsbestand op te vangen (12%) of om zieke werknemers (met een vast dienstverband) te vervangen (12%).
Van een payrollbedrijf maken werkgevers om uiteenlopende redenen gebruik. Een redelijk vaak voorkomend argument is de wens de administratieve rompslomp over te dragen (20%). Maar ook het overhevelen van de lasten van goed werkgeverschap wordt genoemd. Met het inhuren van een payrollbedrijf zijn werkgevers niet meer zelf verantwoordelijk voor de kosten van eventuele zieke medewerkers (12%). Via een payrollconstructie kunnen werkgevers het aantal tijdelijke contracten in de organisatie ongelimiteerd verlengen (16%).
Tabel 1Flexibel dienstverbandena
Belangrijkste reden om freelancers of zzp'ers in te huren | |
---|---|
48% | tijdelijke behoefte aan specialistische kennis |
18% | seizoenswerk of tijdelijke fluctuaties in hoeveelheid werk |
7% | tijdelijke financiering voor specifiek project |
Belangrijkste reden om gebruik te maken van oproepkrachten | |
34% | schommelingen in bedrijfsdrukte |
23% | afwezigheid of ziekte |
20% | meer flexibiliteit in personeelsomvang |
Belangrijkste reden personeel inhuren via uitzendbureau of detachering | |
24% | seizoenswerk of tijdelijke fluctuaties in hoeveelheid werk |
23% | meer flexibiliteit in personeelsomvang |
17% | vervanging afwezigheid of ziekte |
Belangrijkste reden gebruik van een payroll-bedrijf | |
20% | geen administratieve rompslomp |
16% | tijdelijk contract is vaker te verlengen |
12% | geen extra kosten bij ziekte of arbeidsongeschiktheid werknemer |
Belangrijkste reden tijdelijk contract zonder uitzicht op vast dienstverband | |
18% | proefperiode |
12% | vervanging afwezigheid of ziekte |
12% | seizoenswerk of tijdelijke fluctuaties in hoeveelheid werk |
aPercentages hebben betrekking op het deel van de werkgevers dat gebruikmaakte van respectievelijk freelancers of zzp’ers, uitzendkrachten, tijdelijke contracten zonder uitzicht op een vast dienstverband of inzet van een payrollbedrijf. Werkgevers konden slechts 1 antwoord geven: we vroegen naar de belangrijkste reden.
Bron:SCP (AVP ‘17/‘18)
Literatuur
Echtelt, Patricia van, Simone Croezen, Jan Dirk Vlasblom, Marian de Voogd-Hamelink en Lucille Mattijssen (2016). Aanbod van arbeid 2016.Werken, zorgen en leren op een flexibele arbeidsmarkt. Den Haag: Sociaal en Cultureel Planbureau.
Euwals, Rob, Marloes de Graaf-Zijl en Daniël Vuuren (2016). Flexibiliteit op de arbeidsmarkt. Lasten en lusten ongelijk verdeeld. Verklein verschillen vast, flex en zzp. (CPB Policy Brief 2016/14). Den Haag: Centraal Planbureau.
Deze kaart citeren
Putman, L. (2019). Welke organisaties maken gebruik van flexibele arbeid en waarom?. In: Arbeidsmarkt in kaart: Werkgevers - editie 2. Geraadpleegd op [datum vandaag] via https://digitaal.scp.nl/arbeidsmarkt-in-kaart-werkgevers-editie-2/welke-organisaties-maken-gebruik-van-flexibele-arbeid-en-waarom.
Informatie noten
Gegevens over de inzet van de andere vormen van flexibele arbeid dan de tijdelijke contracten met en zonder uitzicht op een vast dienstverband zijn over een minder lange periode beschikbaar. Pas sinds 2011 verzamelen we de informatie over de andere vormen.