De sociale staat van Nederland 2017

Hoe gaat met de Nederlandse bevolking? Welke ontwikkelingen zijn er in de tijd? De negende editie van De sociale staat van Nederland kijkt 25 jaar terug en beschrijft welke maatschappelijke ontwikkelingen zich sinds 1990 hebben voorgedaan in de welvaart en de leefsituatie van de Nederlanders. Dit is een publicatie van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP).

Bevolking en economie

Ab van der Torre

De Nederlandse samenleving ziet er anno 2017 op een aantal punten heel anders uit dan in de jaren negentig van de vorige eeuw; voller, vergrijsder en diverser.

Meer Nederlanders

De Nederlandse bevolking telt meer dan 17 miljoen mensen. Tussen 1990 en 2015 nam de bevolking toe met 2,0 miljoen mensen. Het aandeel Nederlanders met een migratieachtergrond nam toe.

Vergrijzing

De vergrijzing in de Nederlandse bevolking neemt verder toe. Nederlanders worden steeds ouder en blijven vitaler. Steeds meer ouderen blijven langer thuis wonen.

Echtscheidingen

Het aantal huishoudens steeg sterker dan het aantal personen, naar 7,7 miljoen huishoudens in 2015, wat een stijging van 26% ten opzichte van 1990 betekent. Dit komt doordat steeds meer mensen alleen wonen, bijvoorbeeld door het toegenomen aantal echtscheidingen tot bijna 40%.

Economische groei

Het bruto binnenlands product (bbp) nam tussen 1990 en 2016 toe met 68%. Tussen 1990 en 2001 stijgt het inkomen van Nederlanders met gemiddeld 1,3%. Na 2001 daalt het inkomen met 0,6% per jaar.

Publieke opinie

Paul Dekker en Josje den Ridder

Nederlanders kijken anno 2017 niet totaal anders naar politiek en maatschappij dan in de jaren negentig. Iets wat wel duidelijk veranderde is de toon van het publieke debat. Op internet en sociale media nemen mensen vaak geen blad voor de mond en geven zij hun ongezouten mening.

Zorgen maken

De stemming van Nederlanders over de economie is in 2017 – na een dip tussen 2008 en 2013 – weer positief. In tijden van economische crisis staan economie en werk hoog op de publieke agenda. Nu de crisis voorbij is, komen andere zorgen terug. In 2017 maakt men zich zorgen over immigratie, de manier van samenleven en de gezondheidszorg.

Opvattingen

Bevolkingsgroepen verschillen van elkaar in opvattingen. Er zijn grote verschillen tussen hoog- en laagopgeleiden en mensen met en zonder politiek zelfvertrouwen. Er zijn ook verschillen naar leeftijd, sekse en inkomen; deze lijken betrekkelijk stabiel. Er is recent wel een opvallend afgenomen steun voor referenda onder hoogopgeleiden.

Ruk naar rechts?

In de opvattingen over morele kwesties, de vrijheid van meningsuiting, het milieu, de multiculturele samenleving en de Europese Unie, deden zich sinds 1990 grosso modo geen enorme verschuivingen voor. Van de veelgehoorde ‘ruk naar rechts’ is geen sprake. Natuurlijk veranderde er wel iets: de steun voor de vrijheid van meningsuiting daalde, over immigranten werd men iets positiever en de steun voor het EU-lidmaatschap is in 2016/’17 lager dan in 1996.

Vertrouwen

In vergelijking met andere Europeanen hebben Nederlanders veel vertrouwen in het parlement, zijn ze optimistisch over de richting die het land op gaat en hebben ze een internationale oriëntatie. Nederlanders hebben meer vertrouwen in rechters en het bedrijfsleven dan in de regering en de kerken. Het vertrouwen in kerken nam vanaf 2000 sterk af. Het vertrouwen in de politiek is beweeglijk, maar het politiek cynisme nam de laatste 25 jaar niet toe.

Onderwijs

Ria Vogels en Ralf Maslowski

Het gaat goed met het opleidingsniveau van de Nederlandse bevolking. Toch zijn er zorgen over afnemende (basis)vaardigheden en toegankelijkheid van onderwijs.

Slimmer

De Nederlandse bevolking is steeds hoger opgeleid. Tussen 1990 en 2016 is het aandeel laagopgeleiden onder de 25-64-jarigen gedaald van 45% naar 23%. Vrouwen doen het beter in het hoger onderwijs dan mannen, 56% van de vrouwen haalt een diploma in het hoger onderwijs tegenover 44% van de mannen.

Rekenen

De prestaties van de huidige generatie scholieren in het basis- en voortgezet onderwijs zijn voor met name wiskunde en rekenen slechter dan vijftien tot twintig jaar geleden. Dit terwijl er juist sterk is ingezet op verbetering van prestaties en excellentie.

Toegankelijk onderwijs?

Passend onderwijs is niet voor alle kinderen even toegankelijk. Hoger opgeleide ouders kennen beter de weg bij instanties en krijgen meer voor elkaar voor hun kinderen: hun kinderen komen eerder in hoge opleidingen terecht, en deze ouders hebben meer invloed op passend onderwijs voor hun kind.

Leven lang leren

De Nederlandse bevolking neemt, meer dan die in de meeste Europese landen, deel aan een leven lang leren. In Nederland nam in 2016 bijna 19% van de volwassenen recent (de afgelopen vier weken) deel aan een opleiding of training. Volwassenen blijven leren om – ook in de toekomst- aan het werk te blijven op de snel veranderende arbeidsmarkt.

Inkomen en sociale zekerheid

Jean Marie Wildeboer Schut en Michiel Ras

De afgelopen 25 jaar kenmerken zich door een sterke economische groei en stijgende inkomens. Nederland is een rijk land, maar kent ook armoede.

Eigen inkomen

De tevredenheid met het eigen inkomen is, na een kleine daling, bij de meesten weer terug op het niveau van 2010. Steeds meer mensen vinden wel dat de inkomensverschillen kleiner moeten worden.

Koopkracht

De koopkracht van de meeste groepen Nederlanders was in 2014 nog niet helemaal hersteld na de crisis. Wel hadden mensen meer te besteden dan aan het begin van de eeuw.

Het aantal arbeidsongeschiktheidsuitkeringen lijkt zich te stabiliseren. Het aantal verstrekte uitkeringen steeg tussen 1990 en 2016 van 3,8 miljoen naar 5,1 miljoen. Deze toename kan worden toegeschreven aan de vergrijzing, ontwikkelingen in het beleid en conjuncturele golfbewegingen in de economie. Ook de bevolkingsgroei speelt hier mee.

Armoede

De ontwikkeling van het aandeel mensen dat in armoede leeft (volgens het niet-veel-maar-toereikendcriterium) kent golfbewegingen. Het is de laatste paar jaar gedaald, maar ligt in 2017, met 6,6%, hoger dan in 1990 (toen was 5,7% arm). Uitkeringsgerechtigden (31% in 2017) en eenoudergezinnen (22% in 2017) zijn de afgelopen 25 jaar de groepen met veruit het hoogste armoederisico. Een op de negen zelfstandigen (11%) bevond zich in 2014 onder de armoedegrens.

Betaald werk en zorgtaken

Bart van Hulst, Martin Olsthoorn en Anne Roeters

De afgelopen 25 jaar werken steeds meer Nederlanders. Er zijn weinig veranderingen in de hoeveelheid tijd die besteed wordt aan betaalde arbeid en zorgtaken. Ingrijpend is de groeiende flexibilisering van de arbeidsmarkt.

Werkende Nederlanders

Steeds meer mensen werken in Nederland. De afgelopen 25 jaar is de arbeidsparticipatie fors toegenomen, in 2016 is dit bijna 75%. Dit geldt vooral voor ouderen en vrouwen.

Arbeidsmarkt

De dominante ontwikkelingen op de arbeidsmarkt van de afgelopen 25 jaar zijn de groei van het parttime werken en van het aandeel zelfstandigen. Nederlanders zijn kampioen deeltijdwerken. Vooral vrouwen werken parttime. Nederland kent steeds meer zzp-ers.

Tijdbesteding

Mannen besteden gemiddeld 46 uur en vrouwen gemiddeld 45 uur per week aan de som van de zogenaamde verplichte activiteiten. De totale tijd die wordt besteed aan betaald werk, zorgtaken en onderwijs ligt in 1990 ongeveer even hoog als in 2016. Ongeveer een op de drie Nederlanders ervaart tijdsdruk. Vrouwen ervaren meer tijdsdruk dan mannen.

Burn-out

18% van de werknemers in het onderwijs heeft burn-outklachten. Door de toenemende werkdruk neemt het werkplezier voor een groot deel van het onderwijspersoneel af. ZZP-ers in de financiële dienstverlening scoren het slechtst: 17% van hen heeft serieuze burn-outklachten. Dit komt bij hen wel terug in de ontevredenheid met het werk.

Gezondheid en zorg

Sjoerd Kooiker

De laatste 25 jaar is de gezondheid van Nederlanders verder verbeterd. Mensen worden steeds ouder, maar er zijn wel meer mensen ziek of chronisch ziek.

Levensverwachting

In de periode 1990-2015 is de gezondheid verder verbeterd. De levensverwachting is toegenomen. Mensen overlijden op steeds hogere leeftijd.

Zorg

Vooral ouderen hebben jaarlijks meer contact met de huisarts en de medisch specialist. De bevolking als geheel gaat juist minder vaak naar de huisarts. Steeds meer mensen bezoeken een fysiotherapeut.

Vitale ouderen

De fysieke mobiliteit is sterk verbeterd, met name onder mensen van middelbare leeftijd en ouderen. De levensverwachting in goede gezondheid en de levensverwachting zonder fysieke beperkingen zijn toegenomen. Tussen 2008 en 2017 is er weinig verandering gekomen in het percentage mensen dat mantelzorg verleent.

Chronische ziekte

Het percentage in de bevolking dat een chronische ziekte heeft is toegenomen, evenals het percentage dat meerdere chronische ziekten heeft. Een van de opvallendste ontwikkelingen in het straatbeeld is dat het aantal mensen met overgewicht in de loop der tijd gestaag is toegenomen.

Maatschappelijke en politieke participatie en betrokkenheid

Pepijn van Houwelingen en Paul Dekker

De maatschappelijke inzet en betrokkenheid van Nederlanders is de afgelopen 25 jaar niet sterk veranderd. Wel is er een sterke daling van lidmaatschap kerken, vakbonden en politieke partijen.

Politiek

Het aantal leden van een politieke partij neemt af (van 325.000 in 1990 tot 265.000 in 2017), dat geldt niet voor de belangstelling voor de politiek. Sinds 1990 is de opkomst bij algemene verkiezingen redelijk constant. De opkomst is het hoogst bij Tweede Kamerverkiezingen, zo rond de 80%.

Vakbonden

Het aantal vakbondsleden (sinds 2000) is behoorlijk afgenomen, vooral door een beperkte aanwas van jongeren. Over een periode van 25 jaar was het totale aantal leden van de drie grootste vakverenigingen het grootst in 2000. Destijds waren bijna 1,8 miljoen mensen lid; dat is sindsdien geleidelijk gedaald naar bijna 1,5 miljoen in 2016.

Kerkgangers

Ook het aantal leden van de vijf grootste kerken en het Nederlands Bijbelgenootschap is geleidelijk gedaald (van 8,6 miljoen in 1994 naar bijna 6 miljoen in 2015). Vooral de Rooms-Katholieke Kerk en de Protestantse Kerk in Nederland zagen hun ledenaantal sterk teruglopen. Het aantal moslims is de afgelopen 25 jaar in ons land ongeveer verdubbeld.

Vrijwilligers

Vooral mannen, ouderen, kerkgangers, autochtone Nederlanders en hogeropgeleiden zijn als vrijwilliger actief. Het percentage Nederlanders dat aangeeft vrijwilligerswerk te verrichten is sinds 1990 redelijk constant gebleven. De vrijgevigheid van Nederlanders en het percentage vrijwilligers is vrij stabiel (tussen de 20 en 30%). Vrijwilligers zijn de afgelopen tien jaar gemiddeld wel iets meer tijd kwijt aan hun vrijwilligerswerk.

Vrije tijd

Anne Roeters, Annemarie Wennekers, Andries van den Broek, Ine Pulles en Annet Tiessen-Raaphorst

De hoeveelheid vrije tijd is niet veranderd in 25 jaar. Wel zijn er veranderingen in de invulling. De meeste vrije tijd gaat naar het gebruik van media en ICT.

Tijd vrij

Nederlanders besteden per week 47,1 uur aan vrijetijdsactiviteiten. Mannen, 65-plussers, lageropgeleiden en mensen zonder jonge kinderen of werk hebben de meeste vrije tijd.

Cultuur

De trends in het bereik van cultuur zijn wisselend. De populariteit van klassieke muziek daalt gestaag, popmuziek heeft een groter bereik gekregen. Na een aanvankelijke daling in de jaren negentig steeg het aandeel van de bevolking dat minstens een keer in een jaar een museum bezoekt.

Media en ICT

Net als in 1990 gaat in 2016 de meeste vrije tijd naar het gebruik van media en ICT. De digitalisering en de opkomst van het internet hebben voor veranderingen in het medialandschap gezorgd, maar nieuwe media zijn vooral nog een aanvulling op (of gedeeltelijke vervanging van) de traditionele media.

Sporten

Ongeveer de helft van de bevolking sport wekelijks. Het individueel of ongeorganiseerd sporten is anno 2016 populairder dan het sporten in verenigingsverband, maar het lidmaatschap van sportverenigingen is sinds 2000 niet meer gedaald.

Sociale veiligheid

Lonneke van Noije

De criminaliteit in Nederland is afgenomen, niet alleen volgens de politieregistraties, maar ook volgens Nederlanders zelf. Mensen voelen zich veiliger.

Rechtspraak

44% van de Nederlanders heeft in 2016 veel of zeer veel vertrouwen in de rechtspraak, het hoogste aandeel in ten minste zes jaar. Een steeds kleinere meerderheid, maar nog altijd 71%, vindt dat misdaden in Nederland in het algemeen te licht worden bestraft. Rechters leggen steeds vaker gevangenisstraffen van korte duur op en steeds minder vaak geldboetes.

Criminaliteit

De ondervonden en de geregistreerde criminaliteit zijn in het afgelopen decennium gedaald. Het aandeel slachtoffers daalde in dezelfde periode, van 28% in 2005 naar 17% in 2016. Net als nu werden twintig jaar geleden mannen, jongeren en hoogopgeleiden ook al relatief vaak slachtoffer.

Veiligheidsgevoel

In 2016 zei 35% van de bevolking zich wel eens onveilig te voelen, een geleidelijke afname sinds de eeuwwisseling. Deze gevoelens komen overwegend voor bij dezelfde groepen (vrouwen, hogeropgeleiden, migranten) als ruim twintig jaar geleden, met uitzondering van ouderen: zij voelden zich destijds het vaakst onveilig, tegenwoordig zijn dat de jongeren.

Politie

Het aandeel minderjarige verdachten blijft dalen en is in 2015 40% lager dan in 2005 (unieke personen). Het is de politie gelukt de meeste landelijke doelstellingen te realiseren, hoewel het ophelderingspercentage achterblijft. De tevredenheid van Nederlanders over de politie, in het algemeen en in de eigen buurt, is in 2016 op alle fronten gegroeid.

Wonen en omgeving

Jeanet Kullberg en Michiel Ras

De woningmarkt is flink veranderd in de afgelopen 25 jaar: het aantal mensen met een koopwoning is toegenomen. Het wonen is over de jaren duurder geworden.

Woonlasten

Het wonen is over de jaren duurder geworden: de gemiddelde woonlasten stegen van 360 euro per maand in 1994 naar 700 euro per maand in 2015. Dit komt vooral door de nettowoonlasten; de bijkomende uitgaven (energie enz.) stegen minder snel. Dat de woonlasten stegen betekent niet automatisch dat huishoudens een groter deel van hun inkomen aan wonen zijn gaan besteden.

Woonomgeving

Inspanningen van bewoners voor hun buurt zijn in krachtwijken (achterstandswijken) toegenomen tussen 2012 en 2015. Mensen met een migratieachtergrond, met name de tweede generatie, leveren hieraan een grote bijdrage.

Corporatiehuurders

Corporatiehuurders zijn steeds vaker huurders met een laag inkomen. Had in 1990 12% een laag inkomen, in 2015 was dat 45%. Dit past in de doelstelling om deze woningen te reserveren voor de laagste inkomens. Maar het lijkt ook extra spanningen te genereren tussen buren. Ruim een op de tien corporatiehuurders zegt vaak last te hebben van de buren.

Tevredenheid met huis

De tevredenheid met koophuizen ligt beduidend hoger dan die met huurhuizen, hoewel ook daar zo’n 80% van de bewoners (zeer) tevreden is. Mensen met een huurhuis zijn, gegeven de kwaliteit van hun woningen, meer tevreden dan woningeigenaren.

Kwaliteit van leven

Jeroen Boelhouwer

De leefsituatie is in de afgelopen 25 jaar verbeterd. Verschillen tussen groepen werden kleiner. Voor de meeste sociale groepen nemen de verschillen in de laatste paar jaar echter weer toe.

Leefsituatie

De recente economische groei vertaalt zich nog niet in een betere kwaliteit van leven. In de afgelopen 25 jaar is de objectieve leefsituatie in Nederland verbeterd (met bijna 7%); het geluk en de tevredenheid met het leven bleven ongeveer gelijk (rapportcijfer 8-). Mensen met een slechte leefsituatie werden evenwel iets minder tevreden met het leven (van een 6,8 in 2004 naar een 6,6 in 2017).

Gedepriveerden

Er is een groep gedepriveerden met een lage kwaliteit van leven, die geen kansen ziet om vooruit te komen in het leven en daar zelf ook nauwelijks mogelijkheden voor heeft. Deze groep is in omvang beperkt (zo’n 5% van de bevolking), maar blijft door de tijd stabiel.

Verschillen

Na afnemende verschillen tussen 2008 en 2015, werden de afgelopen twee jaar de verschillen weer groter tussen gezonde en ongezonde mensen, hoog- en laagopgeleiden, werkenden en niet-werkenden, en hoge en lage inkomens.

Eigen regie

Het gevoel regie te hebben over het eigen leven is belangrijk voor de ervaren kwaliteit van leven. Moderne (digitale) vaardigheden spelen een belangrijke rol in de huidige maatschappij. Het belang van opleiding en leeftijd neemt daardoor iets af.

Colofon

Deze pagina geeft enkele van de belangrijkste bevindingen weer uit De sociale staat van Nederland 2017. Dit rapport is een uitgave van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP).

Over het SCP

Het Sociaal en Cultureel Planbureau is een interdepartementaal, wetenschappelijk instituut, dat - gevraagd en ongevraagd - sociaalwetenschappelijk onderzoek verricht. Het SCP rapporteert aan de regering, de Eerste en Tweede Kamer, de ministeries en maatschappelijke en overheidsorganisaties. Het SCP valt formeel onder de verantwoordelijkheid van de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Het SCP is opgericht bij Koninklijk Besluit op 30 maart 1973.

Contact

Voor meer informatie kunt u zich richten tot Rob Bijl: r.bijl@scp.nl of 088 984 6301 of de afdeling Persvoorlichting: pers@scp.nl of 06 2161 4433.

Redactie

Rob Bijl, Jeroen Boelhouwer en Annemarie Wennekers

Begeleiding

Stasja Cornelissen en Anouk de Wit

Visualisaties en realisatie digitale infographic

Optima Forma, Voorburg
Zimpa, Den Haag

Grafieken

Mantext, Moerkapelle


December 2017
ISBN: 978 90 377 0853 0